×

'Vlees is letterlijk en figuurlijk een belasting'

Wednesday June 23, 2021
Back to overview
Share this article
Tegenwoordig is vlees letterlijk en figuurlijk een belasting. Het is maar net wie aan ‘t woord is. Natuuractivisten, milieuactivisten en nu dan ook voedingsactivisten. Vrij vertaald: veelal een miniem kleine groep dicteert hoe de rest van de samenleving zich moet gedragen. Steekhoudende argumenten worden routinematig gebagatelliseerd, uitmondend in het monddood maken van de andersdenkende meerderheid. Alle beginselen van de democratie worden handig overboord gegooid.
 
In dat kader is het vanaf de zijlijn een aardig schouwspel hoe de natuur- en milieu activisten steeds meer tegenpolen worden. Je zou toch zeggen dat beide groepen een gemeenschappelijk doel hebben, nietwaar? Willen de natuur activisten vooral natuurbehoud zoals veel bos, weidevergezichten, biodiversiteit, flora en fauna, zo propageren de milieu activisten het volpleuren van de toch al schaarse grond met windturbines en uitgestrekte velden met zonnecollectoren. En dat alles met gezwinde spoed. Immers de klimaatdoelstellingen zijn heilig waardoor half Nederland en België elkaar in de haren vliegen.
 
Het was toch nieuwe ijstijd?
Gemakshalve wordt vergeten dat de milieu activisten nog pas in 1977 spraken over de nieuwe ijstijd, terwijl door dezelfde activisten deze slogan in 2008 werd ingeruild voor ‘global warming’. Anno 2021 weten ze het niet zo precies meer en is nu de catch-all term ‘klimaatverandering’. Een lekkere woordkeuze waarmee je alle kanten op kunt.
 
In de wereld van voeding spelen momenteel bijna identieke taferelen. Het is duidelijk dat vlees van geslachte dieren een makkelijke prooi is om tegenaan te trappen en alom het pispaaltje verworden is van bijna elke discussie. Ondanks -en misschien wel dankzij- de enorme toename van ‘plant-vlees’ verkopen, blijkt in de praktijk dat de vleesconsumptie op peil blijft. Alle mooie toekomst voorspellingen dat vega goedkoper gaat worden zijn tot dusver niet waargemaakt. Om nog maar te zwijgen dat mager vlees maar liefst 5 à 6 keer meer (kwaliteits)eiwit heeft dan planteneiwit.
 
Boterbelasting
Als het niet goedschiks kan dan maar kwaadschiks en dus roepen de anti-vlees activisten dat de vleesconsumptie gedempt moet worden door het heffen van belasting. Met name wordt hier de troefkaart gespeeld dat plantenvoeding beter is voor milieu en gezondheid. Waar hebben we die argumentatie vaker gehoord? Juist ja, in Denemarken waar zo’n 20 jaar gelden een ‘boterbelasting’ het dichtslibben van de aderen moest gaan voorkomen. Een nobel streven totdat er nieuwe research opdook dat niet boter maar margarine de grote boosdoener was. Margarinebelasting dan maar?
 
Frappant te constateren dat de ‘vetdiscussies’ nu verschoven zijn naar de eiwitdiscussies, terwijl suiker aanstalten maakt de nieuwe koning te worden van waarschuwende krantenkoppen. “Suiker is slecht en lijdt tot een vroege dood”, zal binnen afzienbare tijd het adagium worden van angstaanjagende publiciteit. Geen suiker dus, maar ‘Wat dan wel’? Gaan we de consumenten volproppen met suikeralternatieven als sucralose, allulose en aspartaam?
 
Natuurlijk is het antwoord wat meer genuanceerd en moet de consument vrij blijven met de voedingskeuzes waarmee men zich happy voelt. Maar ja, hier komt dan het aloude spel tevoorschijn tussen marketing en gezondheid. In extreme termen: marketing wil altijd méér en gezondheid altijd minder voeding.
 
Supermarkten hebben marketing tricks tot hogere wetenschap verheven: bij de ingang eerst de “gezonde” producten zoals groenten en fruit (met toevallig ook de hoogste marges) en als de klant de gezonde honger gestild heeft, geleidelijk de mindset ongemerkt leiden naar de schier onafzienbare schappen en speciale aanbiedingen van de lekkere suiker-  vet, en alcohol houdende producten die vooral vanuit impulsief gedrag in de winkelkar belanden.
 
Zolang in onze westerse samenleving ongeveer 62% van de volwassenen overgewicht heeft dan wel obese is, zullen we -ideaal gesproken- minder met meer moeten gaan eten. Dus méér betere kwaliteit, méér plant en minder dier, en vooral minder lege calorieën van allerlei lekkere en dik makende ‘voeding’. De Engelse taal heeft hier een mooie naam voor: ‘compulsive eating’, oftewel eten zonder het te weten.
 
Henk Hoogenkamp
www.henkhoogenkamp.com